Onze grootouders vroegen zich niet af of hun werk zinvol was. Ze deden wat er van hen verwacht werd en dat was meestal iets in de lijn van wat hun ouders deden. Vrouwen werden huisvrouw en mannen gingen doen wat hun vader deed. Nog véél vroeger – een paar duizend jaar- waren mensen vooral bezig hun dagelijkse kostje bij elkaar te sprokkelen. Zij hoefden zich niet af te vragen of hun werk zinvol was, als je het namelijk niet deed, had je honger.
In onze tijd kunnen we worden wat we willen, maar dat leidt om de een of andere reden niet altijd tot zinvol werk. Uit wereldwijd onderzoek blijkt dat 74% van de LinkedIn-leden werk wil met (meer) betekenis*. Bij een keuze voor een studie of een baan denken we vooral na over of we het leuk vinden en of we er genoeg mee zullen verdienen, maar de vraag ‘waar draag ik met dit werk eigenlijk aan bij?’ wordt lang niet zo vaak gesteld.
Tot voor kort.
Er lijkt een kentering te komen, zoals uit het LinkedIn-onderzoek blijkt. Wij horen ook steeds vaker de behoefte aan betekenis in werk van de mensen die we spreken over hun werk.
We hebben als mensheid heel lang in de modus gezeten van ‘verzamelen’. Dat was nodig om te overleven. We zijn blijven verzamelen (geld verdienen), zonder de vraag te stellen of ons werk betekenis heeft. Dan ontstaat een eenzijdige focus op succes hebben en geld verdienen. De keerzijde daarvan komt vanzelf een keer bovendrijven. Als je lang genoeg onzinnige taken moet doen (en je belangrijkste levensbehoeften wel vervuld zijn) komen zingevingsvragen opdoemen. Waar doe ik het voor? Voor wie of wat beteken ik eigenlijk iets? Haal ik hier tot aan mijn pensioen voldoening uit?
Om zin in ons werk te ervaren is bijdragen aan een doel dat betekenis voor je heeft van groot belang. Om gemotiveerd je bed uit te komen, heeft een mens een zinnig doel nodig.
Dit betekent niet dat je vandaag je baan op moet zeggen en de zorg of het onderwijs in moet (in sociale beroepen ervaren mensen hun werk vaker als zinvol*).
Nee, het kan ook betekenen dat je met je collega’s bespreekt of wat jullie doen eigenlijk nog wel past bij waar jouw functie of jullie team ook al weer voor bedoeld was. Welke taken dragen niet bij aan het doel waar je (ooit) enthousiast voor was? Welke onzin is er in je werk geslopen? Waar wil je mee stoppen?
Wil je fris en vrolijk blijven werken, dan moet er niet teveel onzin in je dagelijkse taken zitten. Vraag je dus eens af: moet je bij die vergadering zijn? Moet je al die mails lezen? Of, Draagt dat nieuwe plan bij aan jullie oorspronkelijke doel?
We wensen je veel zinnig overleg hierover.
Heidi Jansen